Jong, Hans de

Voorletters: 
H.
Voorvoegsel: 
de
Achternaam: 
Jong
Geboortejaar: 
1932
Geboorteplaats: 
Leiden
Geboorteland: 
Nederland
Werkperiode: 
1959 - 2003
Overlijdensjaar: 
2011
CV: 

Hans de Jong is geboren op 26 maart 1932 te Leiden. In 1948 heeft hij de eerste draailessen van Gerrit de Blanken. Van 1954 tot 1958 volgt hij de opleiding aan het Instituut voor Kunstnijverheidsonderwijs IVKNO (later Rietveld Academie) te Amsterdam, afdeling keramiek. Hij heeft daar lessen van Wim de Vries. De verplichte uren diertekenen in Artis hebben zeker mede de keuze van zijn onderwerpen beïnvloed. Van 1958 tot 1959 is hij ontwerper bij Intercodam tegels (glasmozaïeken en tegeltableaus). Van 1959 tot 1963 heeft hij zijn eigen studio in Amsterdam. In 1960 werkt Hans in de studio van Madeline Joly in St. Michel bij Villefranche in Frankrijk. Van 1960 tot 1967 is hij parttime ontwerper en uitvoerder van keramiek en grote murale objecten (onder andere voor zwembaden) voor Westraven te Utrecht. Van 1961 tot 1976 ontwerpt en maakt hij een twaalftal murale objecten in commissie. Van 1970 tot 1972 geeft Hans de Jong keramieklessen aan de Vrije Academie te Den Haag. Van 1973 tot 1985 heeft hij een studio in Westbeemster. Van 1974 tot 1982 geeft hij keramieklessen aan de Academie voor Beeldende Vorming te Amsterdam. Van 1985 tot 1990 is zijn studio verplaatst naar Oegstgeest. Vanaf 1990 heeft hij nog een aantal jaren - tot 2003 - een studio in Rheden / De Steeg, Gelderland. Hans is ook een verwoed tuinier geweest. Hij werkt in elke nieuwe plek waar hij gaat wonen nieuwe tuinontwerpen uit. Met de keramiste Lily ter Kuile deelt hij veel kennis over het groen. Hans de Jong overlijdt in Roosendaal (gld) op 11 maart 2011.

Afbeeldingen: Jeugdfoto (uit: Catalogus Twelve Dutch Potters, 1971); getekend portret door Harm Kamerlingh Onnes uit 1976; foto in atelier uit het jaar 1999; keramisch beeld uit de serie Kruisvaarders, circa 1966 (coll. Capriolus); wandtegel uitgevoerd bij Westraven Utrecht; grote polderpot, Beemster periode (coll. Capriolus).

 

Werk: 

Hans de Jong maakt gedraaid en geboetseerd, vaak humoristisch, figuratief werk. Dit figuratieve element is steeds aanwezig. En zelfs als de kunstenaar abstractie nastreeft (zoals bij zijn Beemster potten), komen er onwillekeurig figuraties te voorschijn. Zijn werk wordt gekenmerkt door een liefde voor de mens. In zijn figuratieve werk is hij het sterkst met de opengewerkte dier- en mensplastieken (bijv. de onderkruipsels). Als decoratie krast hij in de klei of drukt er motieven in van bijvoorbeeld schroeven en moeren. Ook brengt hij hier en daar kleur aan. Hij behoort tot de selecte groep van de "Zes Amsterdamse pottenbakkers", die voor het eerst exposeerden in Museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam in 1962. Hij begon met het werken in zacht gebakken aardewerk maar ging in 1963 over op veel hoger gestookt steengoed klei. Ook maakt hij terracotta kleurige beelden in terra sigilata. In 1985 lezen wij over zijn werk het volgende: "Zijn potplastieken en schalen zijn abstract van karakter en spaarzaam gedecoreerd. Vooral het toenemende kleurgebruik is typerend voor de laatste jaren. Hij gebruikt steengoedklei waar as- of veldspaatglazuren opgespat worden. Hij bakt in een electrische oven tot 1220 graden".

Exposities en prijzen

1961 Eerste expositie in "Int Constigh Werk", Rotterdam. 1962 Expositie "Zes Amsterdamse Pottenbakkers" in Museum Boijmans van Beuningen, Rotterdam. 1963 - 1973 Studio te Laren (NH). 1966 Contourprijs van De Porceleyne Fles te Delft. 1967 Cultuurprijs Gemeente Hilversum. 1968 Medaille d'argent van het "syndicat des artisans potiers de Vallauris". 2002 Laatste grote expositie bij Galerie Terra in Delft.

Bibliografie: 
  • Ebbinge Wubben, J.C., Zes Amsterdamse Pottenbakkers, catalogus bij de expositie in het Museum Boymans-van Beuningen, Rotterdam van 25 mei t.m. 8 juli 1962.
  • Dippel, R.M., 'Kanttekeningen bij de Nederlandse pottenbakkerskunst van vandaag', in: Museum Journaal, serie 9, nr. 2, 1963.
  • Vroom, Prof. Dr N.R.A., De keramische kunstgreep van Moussault, 1963.
  • Redeker, Dr H., De begaafde jonge ceramist Hans de Jong, in: Mededelingenblad Vrienden van de Nederlandse Ceramiek, nr. 22.
  • Neeve, B.R.M. de, Neue Formen der Keramik aus den Niederlanden, Ausstellungkatalog Hessisches Landesmuseum Darmstadt, 1967.
  • Houtzager, Dr. M. Elisabeth, Nederlandse Ceramiek 1945-1970, Centraal Museum, 1970.
  • Catalogus Twelve Dutch Potters, The Octagon, Ames, Iowa, May 9 to June 16, 1971.
  • Achterbergh, J.W.N. van, Over Hans de Jong of de veelsoortige metamorfosen der ceramische ironie, in: Mededelingenblad Vrienden van de Nederlandse ceramiek, nr. 35, 1964.
  • Achterbergh, J.W.N. van, Omtrent bakbeesten en vuurlanders, overzichtstentoonstelling ceramiek van Hans de Jong, Museum Boymans-van Beuningen Rotterdam, 1976.
  • Nieuwenhuis, H., Hans de Jong, Pottenbakker, in: Grafia, XIIe jaargang nr. 19.
  • Bestandscatalogus Nederlandse na-oorlogse keramiek, RBK 1995.
  • Spruit-Ledeboer, Mieke en Dorris U. Kuyken-Schneider - De zes Amsterdamse pottenbakkers opnieuw bijeen, Oosterbeek 2000.
  • Nederlandse keramiek '85 De Elleboogkerk - expositiebrochure, Amersfoort 1985.
  • Hermens, Marcel - Faïence- en Tegelfabriek Westraven 1844-1994, Vianen 2005.
  • Köster, Caroline, Benedikt en Gabriele, Keramik aus Kösters Kunstkammer, 1999, p. 89.
  • Veen, Maarten van: In: Tegel 33, p. 38 e.v.